Introductie

In deze gids zal onze sportfotograaf Yannick Schurwanz jullie meenemen in de wereld van de sportfotografie. Als teamfotograaf van de Duitse roeibond heeft Yannick al bij menig EK, WK of bij andere grote wedstrijden langs de kant gestaan. Daarnaast zijn zijn campagne beelden door heel Nederland te zien. In deze gids zal hij je meenemen met makkelijke tips voor beginners en uitgebreide trucjes voor de gevorderde sportfotograaf. Zo is er voor iedereen iets te leren in dit artikel. Of je nu een sportevenement fotografeert of een gestileerde commerciële sportfoto wil maken

1. Respect voor de atleet

Ik kan het niet vaak genoeg herhalen, als sportfotograaf speel je een bijrol op een wedstrijd. Jij bent er niet om in de schijnwerpers te lopen. Daarvoor zijn de atleten. Of dit nu gaat om je zoon of dochter bij een lokale voetbalwedstrijd of op een internationale wedstrijd. Al veels te vaak heb ik het meegemaakt dat er dan toch een fotograaf zich niet gedraagt zoals het verwacht wordt van hem. Probeer je altijd te verplaatsen in de atleet zodat je hem zo min als mogelijk stoort. Dit geldt in de voorbereiding maar ook in de wedstrijd zelf. Naast oppassen voor de atleet zorg dat je altijd vrienden bent met de jury, wedstrijdleiding of scheidsrechters het zou zonde zijn als je zomaar wordt weggestuurd omdat jij je niet aan de afspraken houdt. Helaas heb ik dit al vaker bij (amateur) collega’s meegemaakt.

2. De basis - Apparatuur

Camera

Veel mensen denken dat de camera het belangrijkste stukje apparatuur is voor de sportfotograaf. Maar een dure camera maakt je nog geen professional. Een topmodel camera zoals een Canon 1DX, Nikon D5 of Sony A9 maken het alleen iets makkelijker om een goede foto te maken. Zolang jij je goed verdiept in je sport de je wilt fotograferen zodat je op de juiste momenten de sluiterknop indrukt kan je zelfs met een instapcamera fantastische sportfoto’s maken. 

Het is veel belangrijker om goede lenzen aan te schaffen en je apparatuur te kennen zodat je snel weet te schakelen en te anticiperen op wisselende omstandigheden. Pas als jij je huidige camera door en door kent is een upgrade het overwegen waard.

Mocht je dan toch op zoek zijn naar een nieuwe camera voor sportfotografie? Let dan op de iso prestaties, de snelheid van de autofocus en het aantal frames per minuut die de camera schiet. Het kan soms handig zijn om als sportfotograaf om een crop sensor  camera aan te schaffen. Tegenwoordig doen deze camera’s niet onder voor fullframe camera’s. Maar krijg je wel een boost qua brandpuntsafstand. 1,5x bij Nikon en 1,6 bij Canon. Waardoor je 70-200mm lens een 105 – 300mm wordt of je 100-400mm lens een 150-600mm. 

Daarnaast is het belangrijk dat je een camera kiest die bij je past. Ik bijvoorbeeld de snellere Nikon D5 laten liggen voor Nikon D850’s omdat ik gezien mijn vooral commerciële sportfotografie de 45 megapixel resolutie goed kan gebruiken in post productie en grote prints. Dit gaat bijvoorbeeld niet op voor de persfotograaf die meer heeft aan de snellere Nikon D5 met uitgebreide connectiviteit functies.      

Pro tip: Gebruik meerdere camera’s

Mijn eigen sportfotografie setup bestaat altijd uit minimaal 2 camera’s. Je hebt namelijk geen tijd om van lenzen of instellingen te wisselen bij grote evenementen. Helemaal als je met prime lenzen met vast brandpunt schiet zoals ik zelf vaak doe. Je hebt dus meer aan twee goedkopere bodies dan een hele dure.

Lenzen

Goede lenzen zijn essentieel als sportfotograaf. Je mag lang niet altijd overal lopen tijdens de wedstrijd en misschien moet je wel vanaf de tribune fotograferen. Zorg daarom dat je altijd een lens mee hebt van minimaal 200 mm en het liefst zelf 300 of 400 mm. Let hierbij op de snelheid van de autofocus van de lens want dit kan bij goedkope lenzen met een lang brandpuntsafstand soms nog wel eens een probleem zijn. Daarnaast is het ook belangrijk dat het diafragma van de lens niet te hoog is. Met F5.6 in een donkere omgeving zoals binnen moet je de ISO waardes van de camera al snel omhoog gooien.  

Het kan handig zijn om voor bijvoorbeeld een 70-200mm F2.8 te kiezen en een kleine teleconverter zodat je alle kanten op kan qua brandpuntsafstand. Want niet iedereen heeft het budget voor een 400mm 2.8 tele prime lens en zijn ook echt geen must als je niet professioneel in de sportfotografie zit. 

Pro tip: Prime lenzen

Zelf ben ik groot fan van prime lenzen en schiet ik haast al mijn werk op lenzen met een vast brandpuntsafstand. Over het algemeen beschikken deze lenzen over een snelle autofocus en zijn ze vaak lichtsterk. Met een 400mm F2.8 kan je zelfs nog in donkere omstandigheden goede foto’s maken op 400mm dat gaat met een zoomlens op F5.6 niet lukken.

Wat je nog meer in de fototas moet hebben

Wees voorbereid op wisselende weersomstandigheden. Koop het liefst camera’s en lenzen met een weather seal zodat ze het spatwater overleven. Zorg dat je altijd een regencape en regenhoes voor je camera’s mee hebt zodat ze ook de stortbuien aan kunnen. Want ook in slecht weer gaat het werk van de sportfotograaf door. Het levert zelfs fantastische foto’s op! 

Zorg dat je voldoende eten en drinken mee hebt. Jij wilt niet de fotograaf zijn die flauw valt midden op de dag, ja ik heb dit oprecht meegemaakt met een collega tijdens de Worldcup roeien in Luzern, Zwitserland! Soms sta je een hele dag aan de start van een wedstrijd en is er geen mogelijkheid om iets te eten of te drinken te halen of te krijgen. Zorg dat je altijd een paar muesli reepjes als snack mee hebt en een flesje water zodat je de dag gemakkelijk door komt.

3. De basis - Instellingen

Modus

Als jij je sportfoto’s naar het volgende niveau wil tillen is het tijd om te stoppen met de automatische modus van je camera. Met een klein beetje oefening leer je zo om te gaan met de handmatig modi van je camera. Zelf fotografeer ik meestal in M of A (Av) modus. Alleen soms in  S (Tv). 

A (Av) modus

Als er veel zon staat en ik weet dan mijn sluitertijd niet te laag gaat komen werk ik altijd in de A (Av) modus. Hierdoor hoef je alleen maar na te denken over je diafragma en hou ik ISO constant op het laagste ruis niveau. Op mijn A modus heb ik een minimale sluitertijd ingesteld die per sport verschillende is. Dit zal altijd meer dan 1/160 zijn, maar vaak eerder richting 1/400. Hierover later meer als we in detail over de sluitertijden gaan praten.

M modus

Met wisselend of donkerder weer kies ik voor de M modus met een automatische ISO tot maximaal 3200. Maar dit kan per camera verschillen. Zoals al eerder gezegd is het daarom erg handig om je apparatuur door en door te kennen en te testen. Want dan weet je wat het maximaal ruis niveau is dat je acceptabel vindt om te gebruiken.

T (Tv) modus

De S (Tv) modus gebruik ik alleen in situatie waarin ik controle wil hebben over de snelheid van de sluitertijd. Dit zijn dus momenten waarin je panning shots wil maken of juist de bewegingssnelheid van je atleet, auto of voorwerp wil tonen. 

Binnenkort meer!

yannick

Yannick Schurwanz
Mede-eigenaar & Creative

Fotograaf, filmmaker en ideeën machine. Sterke sportmentaliteit en vaak op de racefiets te vinden. Droomt nog steeds van een carrière als topsporter